Zondagse boerendracht

Rond 1900

De Thools zondags boerendracht van 100 jaar geleden is gekleurd. Het kostuum is nagemaakt van een lichtgrijs trouwkostuum dat vele jaren tentoongesteld heeft gestaan in museum de Meestoof in Sint-Annaland.

Het is een trouwkostuum wat te zien is aan de plooien in het jakje, die konden bij groei uitgelegd worden zodat de vrouw vele jaren plezier had van haar bruidskostuum. Ook aan de sluiermuts is te zien dat hij past bij het trouwkostuum, op het bodempje aan de achterkant zijn twee duifjes te zien. In het kant zijn twee bloemen op een ‘el’ verwerkt, een el is bijna 69 cm.

Het kostuum bestaat uit een rok en jakje van zijde, afgewerkt met bijbehorend kant en van dezelfde stof knoopjes als versierig aan de rok. Ook in dezelfde kleur aan de onderkant van de rok stofband om de dure zijde te beschermen tegen straatvuil. De zwarte onderrok is versierd met paars band. Deze onderrok is meer dan honderd jaar oud en hierbij is te zien dat de onderrok soms versierd werd met de stof van de bovenrok, dit als creatieve aardigheid van de naaister. Daaronder de witte katoenen onderrok versierd met stroken. In de winter werd er als extra bescherming tegen de kou nog een wollen onderrok bij gedragen die ook mooi versierd werd met bloemen (4 rokken in totaal!). Zwarte kousen en zwarte rijglaarsjes compliteren het geheel.

Sieraden

De sieraden bestaan uit krullen van vierkanten draad met bijbehorende mutsenspelden, zijspeldjes  en de kussenbellen, granaten met versierde ton, de specifieke Thoolse baardbroche en de oorbellen eveneens met baard. De sieraden zijn op elkaar afgestemd en versierd met pareltjes en granaten. Ze zijn gemaakt van plaatcantille met spinnetjes die dicht tegen elkaar zijn aangebracht op een gouden plaat. Soms dragen vrouwen in de weelderige boerendracht ook nog amandelvormige mutsenspelden boven op het hoofd.

Deze beschrijving van Thoolse vrouwendracht is ook te lezen in het boek, ‘Kostuum en sieraad in Zeeland’ van J. de Bree.

Een ander kostuum van de zondagse boerendracht is wat nagemaakt is van een kostuum van 100 jaar geleden. De muts is 104 jaar oud. De boerendracht is weelderiger dan de burgerdracht, dat zie je met name aan de sierraden. Kanten sluiertmuts. Een geborduurde keus met een witte onderrok en zwarte onderrok. Beiden versierd met plooitjes en bandjes, en met daaronder een witte keuszak. Bij de krullen onder haar muts wordt gouden amandelspelden, torenspelden en zijspelden gedragen. De granaten ketting heeft als sluiting een Thools tonnetje. Verder is er een horloge aan een schuifkoord in de rok.

Scroll naar boven